Natuur

Effect op beschermde gebieden

De voorkeursvariant valt geheel binnen het Zuid-Hollandse Natuurnetwerk. De inrichting betreft voornamelijk omvorming van intensief beheerd grasland naar geulen met oeverzones, overstromingsgrasland, glanshaverhooiland en kruiden- en faunarijkgrasland. Het verondiepen van delen van de plassen leidt tot ontwikkeling van het natuurdoeltype moeras.

Effect op beschermde soorten

De nestplaats van de buizerd blijft onaangetast; wel dient rekening gehouden te worden met mogelijke verstoring in het broedseizoen. Dit kan eenvoudig voorkomen worden door binnen het broedseizoen een verstoringsvrije zone van 50-75 meter rond de nestboom te hanteren. Voor zowel buizerd, sperwer en ransuil geldt dat grasland wordt omgezet in water, waardoor leefgebied van marginale kwaliteit verdwijnt. De functionaliteit van nestplaatsen van deze soorten blijft behouden; effecten zijn uitgesloten.

Met de beoogde voorkeursvariant worden geen verblijfplaatsen van de bever aangetast, ook verslechtert het leefgebied niet. Integendeel zelfs: een toename van ondiepe waterzones betekent meer leefgebied voor deze soort. Door de aanleg van de rechtergeul en maaiveldverlaging tussen de plassen wordt leefgebied van kleine marterachtigen in enige mate aangetast. De nieuwe geulen met oevervegetatie en het extensievere natuurbeheer bieden echter geschikt nieuw leefgebied. De beperkte aantasting van groeiplaatsen van spindotterbloem wordt in ruime mate gecompenseerd door de aanleg van overstromingsvlakte en getijdengeulen.

Conclusie tav Wet natuurbescherming en NNN

Het ruimtebeslag op het NNN wordt volledig gecompenseerd. Ten aanzien van de beschermde soorten zijn effecten uitgesloten, met uitzondering van planten en kleine marterachtigen.

Voor spindotterbloem dient in het groeiseizoen een inventarisatie te worden uitgevoerd, voorafgaande de werkzaamheden. Indien hierbij groeiplaatsen worden aangetroffen dient gehandeld te worden conform de maatregelen uit het soortmanagementplan (SMP). Ook voor kleine marterachtigen kan gebruik worden gemaakt van maatregelen uit het SMP. Deze hebben met name betrekking op de periode van uitvoering.

Kansen voor natuurontwikkeling

De kansen zijn integraal uitgewerkt in het inrichtingsplan.