5.15 Mitigatie en compensatie

Mitigerende maatregelen

Bij de totstandkoming van het ontwerp van de dijkversterking is vanaf de verkenningsfase rekening gehouden met het behoud van bestaande waarden en het zo veel mogelijk beperken van negatieve effecten. Dit is onder andere gedaan door het formuleren van no go’s bij de totstandkoming van het voorkeursalternatief. Dit zijn waarden die in principe niet aangetast worden, zoals Natura 2000 gebieden en historische kernen. Ook is toen bewust gekozen om niet buitenwaarts te versterken op locaties waar geen voorland aanwezig is om rivierkundige effecten te beperken.

Bij de uitwerking van het voorkeursalternatief tot het definitief ontwerp is in meer detail gekeken naar zo veel mogelijk beperken van negatieve effecten. Voorbeelden hiervan zijn de effecten op het woongenot (die zijn gemitigeerd door de het definitief ontwerp zo goed mogelijk in te passen rond bestaande woningen) en de effecten op leefgebieden van soorten (die zijn gemitigeerd door bestaande bosschages zoveel mogelijk te sparen met het ontwerp).

Daarnaast kunnen mitigerende maatregelen worden ingezet om nadelige effecten tijdens uitvoeringswerkzaamheden zoveel mogelijk te voorkomen, dan wel te beperken. Het gaat om maatregelen tegen trillingen, geluidhinder, lichtoverlast en stof en maatregelen voor de bereikbaarheid. Zie hiervoor hoofdstuk uitvoering van de werkzaamheden.

Maatregelen die genomen worden om effecten op beschermde soorten te mitigeren staan beschreven in het Soortenmanagementplan deel II.

Compenserende maatregelen

Als mitigerende maatregelen niet voldoende zijn om  negatieve effecten tegen te gaan, dient er gecompenseerd te worden. Binnen het project vindt compensatie plaats van effecten op Natuurnetwerk Nederland (NNN), Natura 2000- gebieden (uitvoeringseffecten), Ecologisch Relevant Areaal (KRW oppervlak), bomen die gekapt worden, gedempt oppervlaktewater en van rivierkundige effecten. In tabel 5.3 is inzicht gegeven in wat gecompenseerd dient te worden, met welke maatregel compensatie plaatsvindt en op welke locatie compensatie voorzien is.

Een groot deel van de compensatieopgave voor natuur en riviereffecten worden gerealiseerd in de drie uiterwaarden (de Woelse Waald, Herwijnense Bovenwaard en de Crobsche Waard). Hier wordt in hoofdstuk 6 verder op ingegaan. Ook hoe deze worden gecombineerd met doelen van derden, de meekoppelkansen.

Tabel 5.7 Overzicht compensatiemaatregelen van de dijkversterking

Opgave

maatregel

Waar?

Zie

Waterstandsverhoging bij maatgevend hoogwater

Vergraving en geul

Woelse Waard

Par 6.1

verlies NNN-gebied in Zuid Holland en Gelderland

kwaliteitsverbetering (gebied heeft al NNN-status)

Woelse Waard

 
 

kwaliteitsverbetering, aanwijzing als GNN-gebied

Heuffterrein

 
 

kwaliteitsverbetering, aanwijzing als GNN-gebied

Herwijnense Bovenwaard

 
 

terugbrengen kruidenrijk grasland op buitentaluds

  

verlies Ecologisch Relevant Areaal (ERA) in het kader van de kaderrichtlijn water

 

Crobsche Waard

 

kappen bomen met kapvergunningplicht

herplant gemeentelijke en wsrl-bomen, particuliere bomen in overleg.

nader te bepalen

Par 5.12

kappen houtopstanden buiten de bebouwd kom (voormalige Boswet)

herplant

nader te bepalen

 

demping van oppervlaktewater

graven nieuw oppervlaktewater

bij voorkeur in hetzelfde peilgebied

 

uitvoeringseffecten depositie op Natura 2000

kwaliteitsverbetering / omzetting landbouwgrond tot natuurlijk grasland

Heesseltse uiterwaard (onderdeel van N2000-gebied Rijntakken)