5.11.2 Effecten archeologie
Effect op gebieden met archeologische verwachtingswaarden
Op basis van de archeologische verwachtingswaardenkaart kan gesteld worden dat er in 20 dijkvakken ingrepen zijn voorzien in gebied met middelhoge en/of hoge archeologische verwachtingswaarden. In deze dijkvakken is een grondoplossing (grond binnenwaarts of grond buitenwaarts) gekozen. Omdat in deze dijkvakken de mogelijkheid bestaat dat archeologische waarden worden aangetast als gevolg van de dijkversterking is archeologisch booronderzoek uitgevoerd. Met behulp van dit onderzoek is nauwkeuriger bepaald of er archeologische waarden aanwezig zijn in de bodem. Op 3 van de 20 locaties kon echter (nog) geen onderzoek worden uitgevoerd. Dit moet later nog gebeuren. Op 2 van de 17 onderzochte locaties zijn archeologische vondsten gedaan. Op deze locaties is mogelijk nog verder onderzoek nodig. Op de 15 andere onderzochte locaties zijn geen archeologische vondsten gedaan. Dit betekent dat op deze locaties de archeologische verwachting naar 'laag' kan worden bijgesteld. Dit is ook te zien op onderstaande kaart.
Voor meer informatie zie ook het achtergrondrapport archeologie.
Onder de kaart wordt verder ingegaan op de archeologische monumenten in het projectgebied.
De interactieve content hieronder is mogelijk niet toegankelijk.
Figuur 5.19 Archeologische verwachtingswaarden na booronderzoek
Effect op archeologische monumenten
Van de vier aanwezige locaties die op de archeologische monumenten kaart zijn opgenomen (AMK-terreinen) worden drie terreinen geraakt als gevolg van de dijkversterking. Dit betreft in de eerste plaats het gemeentelijk monument met een hoge archeologische waarde met resten van het voormalige huis Nieuw Klingelenburg (AMK-terrein 3.713). Op deze locatie is gekozen voor een binnenwaartse dijkversterking. De huidige watergang wordt gedempt en niet teruggebracht. De restanten van de hoefijzervormige gracht van huis Nieuw Klingelenburg worden niet geraakt. Wel dient hier een pipingvoorziening te worden aangebracht, in de vorm van een stuwtje in het smalle deel van de gracht om bij hoogwater de waterstand te kunnen beïnvloeden. Al met al is het effect van de dijkversterking op het monument neutraal, omdat er geen bodemroerende ingrepen plaatsvinden. Wanneer toch bodemroerende ingrepen plaatsvinden, kan nader onderzoek noodzakelijk zijn. In de factsheet van dit gemeentelijke monument is de achtergrond van het monument en de impact van de dijkversterking nader toegelicht.
Daarnaast is het terrein van hoge archeologische waarde met resten van het voormalige kasteel van de Heren van Arkel (AMK-terrein 6.801) van belang. Op deze locatie wordt de dijk versterkt met behulp van grond. Een deel van de bestaande kruin van de dijk wordt afgegraven. Aan de buitenzijde wordt grond aangebracht tegen het buitentalud. Wanneer bodemroerende ingrepen plaatsvinden onder of naast de dijk, heeft de dijkversterking een effect op het monument en kan nader onderzoek noodzakelijk zijn.
De andere twee AMK terreinen - de terreinen van de voormalige kastelen Wadestein en Frissestein - zijn tevens archeologisch rijksmonumenten. Wadestein ligt buiten het ruimtebeslag van de nieuwe dijk. Bij Frissestijn is er een beperkte overlap tussen de het ruimtebeslag van de nieuwe dijk en het archeologisch rijksmonument. Voor het voormalige kasteel Wadestein zijn geen indirecte effecten te verwachten als gevolg van bijvoorbeeld wijzigingen in grondwaterstanden.
Voormalig kasteel Frissestein ligt in de Herwijnense Bovenwaard. In deze uiterwaard wordt een oude rivierstrang weer zichtbaar gemaakt in het landschap. Voor een toelichting van de effecten van de herinrichting van de Herwijnense Bovenwaard op de archeologische waarden van Frissestein wordt verwezen naar paragraaf 6.4.4.
Effect op bekende archeologische waarden
Op de andere locaties die ook als archeologische waardevol zijn aangemerkt (de historische kernen in Tuil, Haaften, Herwijnen en Vuren) zorgt voornamelijk een buitenwaartse oplossing voor effecten. In deze oplossing wordt de kruin van de dijk naar buiten verlegd en wordt de huidige dijk afgegraven. Eventuele resten in de dijk gaan daarmee verloren. Dit is het geval in dijkvak 4b (historische kern Haaften), 8a (historische kern Herwijnen), 8c, 8d en 10a (historische kern Vuren). Dit effect kan worden gemitigeerd door afgraving van het bestaande dijklichaam (ter hoogte van de historische kernen) onder archeologische begeleiding te laten plaatsvinden. Op deze wijze kunnen eventuele funderingsresten van historische bebouwing langs de dijk worden gedocumenteerd.